' We hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid en opdracht’
De zeven Zeeuwse bestuurders in het voortgezet onderwijs werken steeds vaker samen, ook op het gebied van professionalisering van medewerkers en begeleiding van starters. Een van de resultaten daarvan is ZeeProf, een professionaliseringsplatform van en voor alle Zeeuwse scholen in het vo, mbo en hbo. Arjan Beekman is de coördinator van het platform. Leonard Debbaut is locatiedirecteur vmbo van Nehalennia SSG in Middelburg. Vier jaar geleden maakte Leonard Debbaut - na een loopbaan in de zorg en het mbo - de overstap naar het voortgezet onderwijs: “Mijn hele carrière heb ik me ingezet voor kwetsbare groepen. Toen ik de kans kreeg om in het voortgezet onderwijs te werken was ik erg enthousiast, omdat ik geloof in het bieden van kansen aan jonge mensen. Vooral degenen die zich in een kwetsbare positie bevinden, verdienen gemotiveerde en toegewijde leraren. Dat is waar ik me hard voor wil maken.”
Tekort
“Een van de uitdagingen in Zeeland is de onderwijsarbeidsmarkt”, zegt Leonard. “Er is een aanzienlijk tekort aan gekwalificeerd personeel. Vaak zie je dat scholen personeel weghalen bij andere scholen, wat leidt tot een soort ‘vacatureverschuiving’. We moeten juist onze krachten bundelen om talenten - leraren en leidinggevenden - de kans te geven zich te ontwikkelen. Er is zoveel onbenut potentieel. We moeten hun de kans geven om te groeien en te leren. Soms betekent dat dat ze zichzelf onderweg herontdekken.”
“Het is mooi dat het Zeeuwse voortgezet onderwijs deze uitdagingen gezamenlijk aangaat”, zegt Arjan Beekman. “Het begint eigenlijk bij de visie van de vo-besturen om de onderwijsmarkt als een gezamenlijk verantwoordelijkheid te zien en samen met een oplossing te komen. Ik ben nu een aantal jaar coördinator van ZeeProf en ik zie dat het werkt.”
Startende leraren
Bij de academische opleidingsschool ZAOS nemen studenten deel aan zowel het pedagogische als het vakinhoudelijke deel. “De opleidingsschool biedt dit programma in samenwerking met diverse hogescholen”, vertelt Arjan. “De ZAOS organiseert transferdagen waarbij in workshopverband diverse pedagogisch-didactische onderdelen worden aangeboden in Middelburg. Zodat studenten van verschillende scholen elkaar ontmoeten en op die manier in Zeeland hun lesprogramma kunnen volgen. Hier ontmoeten studenten ook de schoolopleiders en werkplekbegeleiders van verschillende Zeeuwse scholen.
De werkplekbegeleiders fungeren als vakcoaches voor startende leraren en zijn daarmee een waardevolle schakel in de Zeeuwse onderwijsgemeenschap.” Arjans rol als coördinator ZeeProf komt pas in beeld wanneer leraren volledig bevoegd zijn en al enige tijd in het onderwijs werken. “Op dat moment worden ze doorverwezen naar mij voor nascholing, bijscholing en algemene professionalisering. Als coördinator is het mijn taak om de opleidingsvragen en behoeften te identificeren en deze zo efficiënt mogelijk te bundelen. Opleidingen en activiteiten organiseren we hier in Zeeland, daarvoor moesten leraren ver reizen naar trainingen. Nu is de reistijd aanzienlijk verminderd en zien we de samenwerking tussen leraren van verschillende scholen groeien.”
Uit ervaring weet Arjan dat het niet gebruikelijk is dat leraren van verschillende scholen elkaar ontmoeten. “Als economieleraar had ik bijvoorbeeld weinig contact met mijn collega’s van andere scholen. Samen trainingen volgen verlaagt de drempel om kennis en ervaringen te delen, en dat bevordert de samenwerking tussen scholen.” Ook financieel is de samenwerking aantrekkelijk. “Door lokaal trainingen aan te bieden besparen we aanzienlijk op de kosten, zowel voor onze medewerkers als voor de scholen zelf.”
Opleiding voor schoolleiders
De inspanningen van ZeeProf beperken zich niet tot alleen leraren. Het Zeeuwse Schoolleiders Platform - waar een afvaardiging van het Zeeuwse vo, mbo en hbo regelmatig overleggen - kwam met de vraag naar getrainde schoolleiders en begeleiding van starters. “Terecht”, vindt Arjan. “Schoolleiders zijn essentieel voor de kwaliteit van het onderwijs. Aanvankelijk waren er echter te weinig deelnemers uit het voortgezet onderwijs om een schoolleidersopleiding op te zetten. Gelijktijdig ontstond in het primair onderwijs dezelfde behoefte. Toen we beide programma’s naast elkaar legden, ontdekten we veel overlap. Dit bracht ons op het idee om deze opleidingen samen te voegen tot een gezamenlijk programma voor schoolleiders in het voortgezet en primair onderwijs. Dat had niet alleen als voordeel dat collega’s van verschillende scholen elkaar ontmoeten, maar ook dat er wederzijds begrip en samenwerking ontstond tussen de sectoren.”
Leonard is lid van het Zeeuwse Schoolleiders Platform. Hij is blij met de initiatieven die nu lopen. “Gezamenlijke opleidingen en trajecten voor toekomstige schoolleiders creëren een netwerk van leiderschapstalent. Je kunt elkaar helpen, ook na de opleiding.” Het begeleiden van deze groep is van groot belang. “De overgang van leraar naar leidinggevende is een uitdaging, het vraagt om specifieke vaardigheden en competenties. Beginnende leidinggevenden moeten bijvoorbeeld leren hoe ze draagvlak creëren, verantwoordelijkheid nemen, en democratische processen leiden. Ondersteuning en coaching is daarbij essentieel.”
Veilige omgeving
“Organisaties moeten een veilige omgeving creëren waarin leidinggevenden kunnen groeien en ontwikkelen”, zegt Leonard. “Het is belangrijk dat leidinggevenden steun en ruimte krijgen om te experimenteren en te leren, zelfs als ze fouten maken. Dit proces vereist betrokkenheid van de organisatie en reflectie door de leidinggevenden zelf.” Voor hem is nog iets cruciaal bij het opleiden van nieuwe schoolleiders: “Een leidinggevende richt zich op operationele zaken, maar ook op beleidskwesties en personeelsbeleid. Dat zijn complexe zaken, tijdens de opleiding krijg je daarover theorie en casussen. Ik hecht ook waarde aan opleidingen die praktisch toepasbaar zijn. Het heeft geen zin om aan een opleiding te beginnen als je niet wordt uitgedaagd om in de praktijk te oefenen met leiderschap. Daarom geloof ik dat het hebben van een ervaringswerkplek van onschatbare waarde is. Je moet kunnen ervaren wat het betekent om leiding te geven. Dat hoeft niet per se meteen teamleider te zijn. Sturing geven aan een verbeterproces of taalcoördinator kan ook.”
“Dat herken ik”, zegt Arjan. “We hebben twee trajecten voor schoolleiders: de startopleiding ‘basisbekwaam’ en het nieuwe vervolgtraject ‘vakbekwaam’. Wat me opvalt, is dat vakbekwaam leiderschap vereist dat je eerst basisbekwaamheid opbouwt en dan aanzienlijke praktijkervaring opdoet over meerdere jaren. Dat betekent dat je niet zomaar met de opleiding kunt starten; je moet een plek hebben waar je het geleerde in de praktijk kunt brengen. En zelf kunt ontdekken wat voor soort leidinggevende je bent. Dat heeft tijd nodig.”
Binnen de school van Leonard volgen drie (beginnende) leidinggevenden een traject. “Zij verdienen een werkomgeving waar ze met de praktijk aan de slag gaan, maar ook veilig met nieuw gedrag en kennis kunnen experimenteren. Een coach is dan belangrijk om op terug kunnen vallen. Met een coach kunnen ze samen reflecteren op hun handelen en ervaringen.”
Sterke persoonlijkheden
Basisbekwame deelnemers stellen vooral vragen over teamontwikkeling en het leidinggeven aan onderwijsprofessionals, merkt Arjan. “In het onderwijs werken veel mensen met sterke persoonlijkheden en een eigen visie. Dat vraagt om specifieke leiderschapsvaardigheden. Zelfstandigheid in de klaslokalen is de norm, daarom vragen onderwijsinnovaties een andere aanpak dan bijvoorbeeld in het bedrijfsleven.”
Het traject ‘vakbekwaam’ start dit schooljaar. “De deelnemers vinden het allemaal belangrijk om aan hun eigen professionele ontwikkeling te blijven werken. Ze geven aan dat ze veel hebben gehad aan de trajecten die we hun geboden hebben. Niet alleen vanwege de theorie en de praktijkcasussen, maar ook omdat ze in een fijne en veilige groep zaten. En omdat ze elkaar konden bellen om te sparren. Het is mooi dat ze nu terugkomen voor de volgende stap.”
De situatie in Zeeland
DCO Platform, ZeeProf en ZAOS Zeeland heeft zeven - relatief kleine - besturen voor voortgezet onderwijs. Per bestuur zijn er ongeveer 2.500 leerlingen. De geografische spreiding van de scholen over de provincie is groot. De vo-besturen nemen deel aan het DienstenCentrum Onderwijs Platform, een netwerk van vijftien onderwijsinstellingen gericht op kennisuitwisseling en efficiency. Binnen dit platform zijn kennisnetwerken actief op het terrein van Bedrijfsvoering, Personeel & Organisatie, Kwaliteitszorg en Inkoop. Onder het DienstenCentrum Onderwijs valt ZeeProf, een professionaliseringsplatform van en voor alle Zeeuwse scholen in het vo, mbo en hbo. ZeeProf richt zich op leraren, onderwijsondersteunende medewerkers, schoolleiders en schoolbestuurders. Daarnaast participeren de besturen in de Zeeuwse Academische Opleidingsschool (ZAOS).
VO-academie
De VO-academie is het expertisecentrum op het gebied van professionele ontwikkeling voor schoolleiders en bestuurders in het landelijk voortgezet onderwijs: We ontwikkelen nieuwe activiteiten op relevante thema's en met nieuwe leervormen. In de opleidingscatalogus kunnen schoolleiders en bestuurders zien wat de markt aanbiedt.
Fotografie: Dirk Kreijkamp
Interview: Martijn de Graaff