Mariska

komt uit het bedrijfsleven | leerkracht groep 5 Ter Tolne Tholen

Ik was toe aan iets anders

Mariska maakte de overstap van het bedrijfsleven naar het onderwijs. Uit haar kantoorbaan haalde ze geen voldoening meer en ze zocht een baan waar ze meer kon betekenen. Het onderwijs zat al langer in haar hoofd. Op eigen initiatief volgde ze de pabo waarna ze aan de slag ging als leerkracht in het primair onderwijs. 

“In het bedrijfsleven voelde ik me niet meer nuttig, ik schoof papieren heen en weer over mijn bureau. Het ging dan wel over miljoenen, maar niet over mijn miljoenen."

“In het bedrijfsleven voelde ik me niet meer nuttig, ik schoof papieren heen en weer over mijn bureau. Het ging dan wel over miljoenen, maar niet over mijn miljoenen. Ik was toe aan iets anders. Al vrij snel wist ik dat ik les wilde geven in het primair onderwijs. Ik had destijds kinderen die naar de basisschool gaan en dat spreekt me toch het meeste aan. Je bouwt een hechte band op met de klas en dat maakt het werk bijzonder. 

Eigenlijk beleef je elk jaar een nieuwe uitdaging omdat je elk jaar aan andere leerlingen lesgeeft. Je moet de groep en de kinderen opnieuw leren kennen en hiervoor bedenk je dan nieuwe activiteiten. Aan het einde van het jaar neem je dan weer afscheid, maar echt afscheid is het niet omdat je nog steeds dezelfde kinderen ziet op het schoolplein.  

Door het jaar heen ben je vooral bezig met de ontwikkelingen van de kinderen. Op school leer je zo veel meer dan alleen spelling en rekenen, maar ook: Wie ben jijzelf? Wat vind je van jezelf? De klas is eigenlijk een mini-maatschappij waar je als leerkracht samen met de leerlingen deel van uitmaakt en elkaar helpt met het vormen. 

Ik vind het zo tof dat het kwartje valt bij een leerling die iets moeilijk vindt. Het maakt mij dan trots dat het is gelukt en ik de kinderen mag helpen om ze te laten groeien." 

Hoe ben je na het afronden van de pabo op deze school terechtgekomen?

Ik heb de deeltijdopleiding pabo gedaan, dat is dus anders dan de zij-instroom opleiding. Toen ik mijn LIO-stage had gelopen, ben ik begonnen als invaller. Dit heb ik toen in Brabant gedaan. Na het behalen van mijn diploma ging ik op zoek naar een vaste baan in het onderwijs en al vrij snel had ik een leuke plek in Zeeland gevonden! Het was fijn dat ik na mijn opleiding direct aan de slag kon, de baangaranties zijn redelijk groot in het onderwijs. 

Binnen de stichting OcTHO is er veel ruimte voor je eigen ontwikkeling, dat vind ik ook belangrijk. Eén van de speerpunten van de stichting is "Wie het weet, mag het zeggen". Er wordt dan ook actief in onze ontwikkeling en kennis geïnvesteerd. Zelf heb ik een opleiding tot Taalcoördinator afgerond en het volgende staat alweer op de planning. Als team volgen we natuurlijk doorlopend trainingen, de ontwikkelingen in het onderwijs staan nooit stil. Maar wanneer een collega vanuit eigen beweging graag een cursus of opleiding wil volgen, kan er echt heel veel bij ons. Het is fijn om te voelen dat we die ruimte en dat vertrouwen krijgen. 

Wat is bijzonder aan het Zeeuwse onderwijs?

Wij starten de dag niet op een vast tijdstip, maar het is bij ons inloop. De leerlingen druppelen dan de klas binnen en we hebben de afspraak dat we elkaar altijd even groeten. Wanneer de leerlingen binnenkomen, krijgen ze een box of een high-five. Vaak beginnen ze al enthousiast te vertellen of gaan ze direct aan de slag met een spel of een werkje dat dan al klaarligt. Je merkt dat de klas wordt gevuld met nieuwe energie om de dag te beginnen! 

Maar ook het moment dat leerlingen iets bijleren, zoals ik al eerder zei: dat je ziet dat het kwartje valt. Dat zijn ook momenten dat ik besef dat dit de reden is waarom ik de overstap naar het onderwijs heb gemaakt. Dat ik ’s avonds thuiskom met een voldaan gevoel omdat ik de leerlingen weer iets heb bijgeleerd. 

Wij starten de dag niet op een vast tijdstip, maar het is bij ons inloop. De leerlingen druppelen dan de klas binnen en we hebben de afspraak dat we elkaar altijd even groeten. Wanneer de leerlingen binnenkomen, krijgen ze een box of een high-five. Vaak beginnen ze al enthousiast te vertellen of gaan ze direct aan de slag met een spel of een werkje dat dan al klaarligt. Je merkt dat de klas wordt gevuld met nieuwe energie om de dag te beginnen! 

Maar ook het moment dat leerlingen iets bijleren, zoals ik al eerder zei: dat je ziet dat het kwartje valt. Dat zijn ook momenten dat ik besef dat dit de reden is waarom ik de overstap naar het onderwijs heb gemaakt. Dat ik ’s avonds thuiskom met een voldaan gevoel omdat ik de leerlingen weer iets heb bijgeleerd. 

Collega's zijn een belangrijke factor voor het werkplezier en daar heb ik het mee getroffen. Ons team in een paar woorden: een gezellige club, leuk kippenhok, eerlijk en recht voor z'n raap. Er wordt hard gewerkt, maar ook veel gelachen. Na de lessen komen we altijd samen om even thee te drinken. We bespreken dan de dag, maar ook de vakantieplannen. Die vijf minuten grappen en grollen of even sparren met elkaar gebruik ik echt om op te laden!” 

Benieuwd naar de andere verhalen?